Midden de bonte metropool die Poperinge – stad achter het front – tijdens WOI was, opende aalmoezenier Philip Tubby Clayton op 11 december 1915 een soldatenhuis. De grote burgerwoning van de familie Coevoet werd omgetoverd tot "Every Man's Club". Alle soldaten, zonder onderscheid van rang of stand, waren er welkom. De naam Talbot House verwijst naar Gilbert Talbot, de broer van de hoofdlegeraalmoezenier, die sneuvelde op 23-jarige leeftijd. Gilbert werd het symbool van de opoffering van een ‘gouden generatie’ jonge mannen. Talbot House bood een alternatief voor het liederlijke ontspanningsleven in de stad. Voor honderdduizenden groeide deze plek uit tot "a home from home", waar ze een beetje menselijkheid, rust en vrede vonden. Meer dan een half miljoen soldaten kwam tussen 1915 en 1918 langs in Talbot House.
Vandaag vervult Talbot House de rol van "een levend museum", met logies en een volledig ingerichte keuken. Zo is Talbot House met de jaren uitgegroeid tot een internationale ontmoetingsplaats. Naast de vele authentieke curiosa, krijgen de bezoekers er een audiovisuele montage te zien, waarin de link wordt gelegd tussen verleden, heden en toekomst van dit unieke huis.